Meer over verslavingsproblemen
Verslavingen bestaan er in alle soorten en maten. Alcohol; gokken; roken; drugs, seks, en uiteraard eten. Van verslaving spreken we in het algemeen als de behoefte eraan een dwanggedachte wordt, een obsessie, als het ons overmatig bezighoudt en we met de normale dingen van de dag niet verder kunnen gaan voordat aan deze dwang (enigszins) gehoor wordt gegeven.
Verslavingen zijn moeilijk te behandelen, mede omdat ze zo hardnekk
ig zijn. Er ligt ook een persoonsstoornis aan ten grondslag. Voor de (zeer) ernstige verslavingen zijn aparte klinieken opgericht. Maar ook de psycholoog in de eerste lijn krijg vaak een cliënt(e) met verslavingskenmerken op het spreekuur, zoals b.v. onze mijnheer W. die het eten maar niet kon laten staan…
EETVERSLAVING ofte wel BOULIMIA NERVOSA (BN)
- BN wordt gekenmerkt door angst voor controleverlies over het eetgedrag en angst dat het lichaamsgewicht zal toenemen (gestoorde cq. onjuiste en/of negatieve lichaamsbeleving);
- Er is sprake van eetbuien en van gestoord eetgedrag. Men is zich zeer wel bewust van het abnormale karakter van het eetgedrag;
- De eetbuien worden vergezeld van schuld- en schaamtegevoelens
Kenmerken:
- inname van grote hoeveelheden (meestal zeer calorierijk) voedsel gevolgd door braken en/of laxeren;
- de eetbui komt vaak voor als men alleen is, dus wordt stiekem uitgevoerd. Ze kan elk moment van de dag optreden, maar vaak na werk (school), ’s avonds of ‘s nachts.
- voorafgaand aan de eetbui is sprake van een sterk gevoel van controleverlies; van onrustig en gespannen gevoel, ook kunnen angstgevoelens meespelen:
- sterke drang naar zoetigheden en/of vettigheden;
- negatieve gevoelens, zoals zich alleen en/of depressief voelen
- spanning en verveling;
- negatieve gedachten over zichzelf, zich waardeloos vinden en mislukt
- meestal eet men zonder smaak, als in een soort verdoving;
- er wordt snel en schokkerig gegeten;
- er is zelden sprake van een verzadigingsgevoel;
- na de eetbui (en/of braken) gaan cliënten moe en uitgeput slapen om alles te vergeten;
- het dagelijkse eetpatroon is vaak zeer onregelmatig.
Bijkomende psychologische kenmerken:
- depressiviteit en stemmingsschommelingen (moodswings);
- zich waardeloos en onzeker voelen en een gering zelfvertrouwen;
- perfectionisme en ‘alles of niets’- denken; ze stellen hoge eisen aan zichzelf en zijn zeer prestatiegericht. Dit willen presteren manifesteert zich vaak in heel veel studeren, heel hard werken, enz. waarbij steeds grenzen verlegd dienen te worden. Als gevolg daarvan treedt er vaak faalangst op.
Behandeling:
- 1ste fase:
- het doorbreken van de zichzelf versterkende processen:
- het herwinnen van de controle over en normalen van het eetgedrag (eetdagboek)
- 2de fase aan de hand van modules:
- installeren van een functioneel zelfevaluatiesysteem;
- bevorderen van een positieve lichaamsbeleving;
- vergroten van zelfvertrouwen;
- terugvalpreventie